AVP

Het certificaat Algemeen Vakbekwaam Persoon (AVP) kwalificeert monteurs voor het uitvoeren van alle watertechnische en niet-watertechnische werkzaamheden aan hoofd- en aansluitleidingen. De houder van dit certificaat is verantwoordelijk voor het hygiënische en veilige verloop van deze activiteiten en mag de bijbehorende veiligheidsmaatregelen nemen en opheffen.

Doelgroep

De doelgroep voor het AVP-certificaat bestaat uit ervaren, allround, monteurs die verantwoordelijk zijn voor het uitvoeren van uitgebreide werkzaamheden aan drinkwaternetwerken, inclusief hoofd- en aansluitleidingen. Dit omvat professionals die de veiligheid en hygiëne van deze netwerken moeten waarborgen.

Per wanneer verplicht

Het certificaat AVP is per 1 juli 2025 verplicht voor monteurs die bovengenoemde werkzaamheden uitvoeren.

Geldigheid

Het AVP-certificaat is 4 jaar geldig. Na deze periode moeten houders van het certificaat opnieuw een theorie- en praktijkexamen afleggen om hun certificering te behouden. Dit is bedoeld om ervoor te zorgen dat de kennis en vaardigheden van monteurs up-to-date blijven op het gebied van veiligheid, hygiëne en kwaliteit​.

Toegangseisen

De toelatingseisen voor het AVP-certificaat zijn als volgt:

Twee jaar werkervaring als Monteur Water, aangevuld met een van de volgende opleidingen: 

  • MBO diploma Eerste Monteur gas-, water- of warmtedistributie, met uitstroomprofiel water. Crebo 25764, met keuzedelen; Onconventionele aanlegmethodes van distributieleidingen Water en/of Aanleg Watertransportleidingen en/of Spuien en desinfecteren van een Waterdistributienet 
  • MBO diploma: Eerste Monteur gas-, water- en warmtedistributie crebonummer 25267 met keuzedelen; Onconventionele aanlegmethodes van distributieleidingen Water en/of Aanleg Watertransportleidingen en/of Spuien en desinfecteren van een Waterdistributienet op webniveau 3 (vanaf 1-9-16)
  • MBO diploma: Eerste Monteur Infratechniek Gas/Water/Warmte crebonummer 92122/92123 uitstroomrichting Water (start voor 1-8-16, diploma voor 1-8-21)
  • SBW / Fundeon: Buizenlegger (diploma voor 1-8-13)
  • Intechnium / Kenteq: Distributiemonteur Water (diploma voor 1-8-13)
  • SBW: Vakman Buisleidingen (diploma voor 1-8-13)
  • Leeftijdsdispensatie
  • Een EVC erkenning

Actuele certificaten voor:

  • Hygiënisch werken in de waterdistributie (CKB erkende cursus )
  • VCA basis of volledig
  • Veilig werken langs de weg
  • Werken met AC leidingen

Toetsing

De toetsing voor het AVP-certificaat bestaat uit een theorietoets en een praktijktoets. 

Theorietoets

  • 50 vragen verdeeld over de thema’s kwaliteit (20), hygiëne (20), en veiligheid (10).
  • 90 minuten duur, met maximaal 30 minuten verlenging bij dyslexie.

Praktijktoets

  • 1 praktijkopdracht 
  • 180 minuten duur
  • Wordt beoordeeld door 2 assessoren

Eindkwalificaties 

Na succesvolle afronding van het AVP-certificaat bezit de deelnemer de volgende kwalificaties:

  • Uitvoeren van alle bedieningshandelingen aan het drinkwaternet
  • Uitvoeren van alle (niet-) water technische werkzaamheden aan drinkwaterleidingen met een diameter tot en met Ø 200 mm
  • Nemen en opheffen van veiligheidsmaatregelen
  • Instrueren en begeleiden van collega’s/VPA
  • Verantwoordelijk voor hygiënisch en veilig verloop van alle uitvoerende activiteiten

De eindtermen voor AVP staan beschreven in dit document → 

Voorbereiding

Hoewel het niet verplicht is om een AVP-opleiding te volgen, kan dit een waardevolle voorbereiding zijn op het behalen van het certificaat. Een opleiding helpt bij het grondig begrijpen van de theorie en praktijk die tijdens de toetsing aan bod komen.

Klik hier voor een overzicht van de aangesloten opleidingslocaties →

Voorbereiding op theorietoets

  • Verdiep je in de toetsmatrijs voor het certificaat
  • Verdiep je met name in de stof voor de cursus hygiënisch werken, én de andere genoemde eindtermen in de toetsmatrijs.
  • De theorietoets bestaat uit 50 multiple choice vragen verdeeld over de thema’s: kwaliteit, veiligheid en hygiëne. 
  • Het theorie examen duurt 90 minuten. 

Voorbereiding op praktijktoets

  • Verdiep je in de eindtermen / HWI’s. Hierin staat beschreven wat je moet kunnen voor het examen. 
  • Bestudeer vooraf ook de No Go’s voor het praktijkexamen.
  • De praktijktoets bestaat uit twee onderdelen: de voorbereiding en het uitvoeren van een werkstuk. Je maakt een kort plan van aanpak met een materiaallijst en gaat vervolgens aan de slag met het werkstuk in een gesimuleerde omgeving. Belangrijk hierbij is dat je, net als in het echte werk, alle veiligheids- en hygiëneregels in acht neemt. Je wordt hierop beoordeeld door de examinatoren.
  • Het praktijkexamen duurt drie uur. 
  • Neem het volgende mee naar je praktijkexamen:
    • Handgereedschap om een leiding te monteren en in en uit bedrijf te kunnen nemen.
    • Materialen om hygiënisch en veilig te werken.
  • Op de praktijklocatie zijn een aanboortoestel en een momentsleutel beschikbaar.

Downloads:

No Go's

Wanneer tijdens het praktijkexamen door de assessor een handeling (of het gevolg ervan) wordt waargenomen die in strijd is met de kwaliteitseis die bij deze handeling (of opdracht) hoort, dan wordt dit beoordeeld met een No Go. Een No Go is te vergelijken met een ingreep bij een rij examen. Dit betekent vervolgens dat de kandidaat zakt voor het praktijkexamen, los van de, of ondanks het, voldoende aantal behaalde punten voor de overige onderdelen van het praktijkexamen.

 

Voor AVP gelden de volgende No Go's: 

  • Niet al het gereedschap en of hulpstukken die in contact komen met drinkwater is/zijn gedesinfecteerd;
  • Er is vergeten om de spuien bij het aanboren;
  • Er is niet volledig aangeboord;
  • Er is onvoldoende kennis van het onder druk aanboortoestel waardoor men niet tot een juiste aanboring komt;
  • De opdracht is niet volgens tekening uitgevoerd, een fout in de maatvoering wordt niet gezien als NO-GO;
  • De opdracht lekt na gereedkomen van de opdracht;
  • De assessor moet ingrijpen tijdens het praktijkexamen, om ernstige schade aan mens en/of materiaal te voorkomen;
  • Er is minder dan 20 cm vrij gegraven onder de leiding, op het punt waar de leiding wordt verbroken i.v.m., het waterniveau in de sleuf;
  • De brandkraan is niet afgespuid voordat hiermee het leidingnet is drukloos gemaakt;
  • Er wordt niet op de juiste wijze gespuid bij het inbedrijfsstellen